Een erfgename is de persoon dat de erfenis ontvangt van de overledene.
Als je geen kinderen hebt en je echtgenoot of partner nog leeft, is hij in principe je enige erfgenaam.
Je hebt kinderen en je echtgenoot of partner leeft nog. Volgens de wet moet de langstlevende echtgenoot of partner goed verzorgd achtergelaten worden. Wat betekent dat dus die partner de volledige nalatenschap ontvangt. De kinderen ontvangen in het begin nog niets, maar krijgen namelijk een vordering in geld die pas opeisbaar is bij het overlijden van de langstlevende echtgenoot of partner.
In dit geval zijn de kinderen de erfgenamen, ieder voor een gelijk deel. Kleinkinderen erven ook maar enkel als hun vader en moeder ook al zijn overleden. Hierbij komen ze met name in de plaats van hun overleden ouders. Dit principe geldt ook nadat de 2de ouder overlijdt, waarbij er enkel nog de kinderen en/of kleinkinderen aanwezig zijn.
Als er geen kinderen, kleinkinderen, echtgenoten of partners zijn, dan erven normaal gezien de ouders, broers, zussen ieder een even groot deel. Hierbij is er wel een voorwaarde dat zegt dat de ouders elk minimaal een kwart van de nalatenschap moeten krijgen. Halfbroers en -zussen erven de helft van wat de biologische broers en zussen erven.
Als er geen (klein)kinderen, echtgenoten, partners, ouders, broers of zussen met afstammelingen zijn, komen de grootouders aan de beurt met hun (klein)kinderen, ooms, tantes, neefjes en nichtjes. De overgrootouders komen naar voren als erfgenaam indien de grootouders en afstammelingen er ook allemaal niet meer zijn.
Zijn er geen enkele mogelijk erfgenamen, dan krijgt de staat de erfenis. Dit kan voorkomen worden door goede vrienden, een stichting of een goed doel als erfgenaam te zetten in het testament.