Een pachtcontract is een soort huurovereenkomst waarbij agrarische gronden door de eigenaar of verpachter in gebruik worden gegeven aan de pachter voor landbouwdoeleinden.
Er moet dus sprake zijn van een huurovereenkomst of een vruchtgebruik. Dit betekent dat het tijdelijk genot over een onroerend goed wordt toegekend aan de pachter, tegen betaling van een pachtprijs. Als er geen vergoeding tegenover dit gebruik bestaat of wanneer deze vergoeding te minimaliseren is (bvb. enkel de onroerende voorheffing moet betaald worden), dan is er geen pacht. Ook vruchtgebruik valt onder pachtwetgeving.
Partijen kunnen onderling de pachttijd vastleggen maar deze mag niet korter zijn dan 9 jaar. Is er toch een kortere termijn bedongen dan wordt deze automatisch van rechtswege op 9 jaar gebracht. Wordt de pachtovereenkomst niet opgezegd, dan wordt deze automatisch verlengd voor een periode van 9 jaar.
De regel dat een pachtovereenkomst niet korter mag zijn dan 9 jaar is evenwel niet van toepassing in het geval van samenvoeging van percelen. Dit is het geval wanneer de verpachter percelen voegt bij grotere percelen of bij hoevegebouwen die hij op grond van een vroegere pachtovereenkomst aan een pachter heeft verpacht. Deze percelen kunnen dan worden verpacht voor een termijn die eindigt met de hoofdpacht.
Daarnaast bestaat ook de lange pacht. Dit is een pacht van ten minste 27 jaar. De verpachter kan na afloop van 27 jaar een einde stellen aan de overeenkomst voor eigen exploitatie (echtgenoten en kinderen inbegrepen) of om het onroerend goed te verkopen. De Onderpacht en pachtoverdracht zijn mogelijk zolang de duurtijd niet overschreden wordt.
Tot slot bestaat ook de loopbaanpacht. Dit is een pacht die gesloten wordt voor een vaste duurtijd die gelijk is aan het verschil tussen het ogenblik waarop de pachter 65 jaar wordt en zijn leeftijd op het ogenblik waarop hij de overeenkomst sluit, met een minimumduur van 27 jaar. Na afloop van de duurtijd mag de verpachter automatisch van rechtswege terug over het onroerend goed beschikken. De overeenkomst kan na afloop wel stilzwijgend van jaar tot jaar worden verlengd.
De aanvangsdatum wordt in de pachtovereenkomst bepaald. Indien in de pachtovereenkomst geen nauwkeurige datum vermeld staat waarop de pacht ingaat, dan wordt deze geacht te zijn ingegaan op de vervaldag van het eerste pachtgeld.