Het kan voorkomen dat de verstandhouding tussen partners zo ernstig verstoord is dat zij niet meer samen onder één dak kunnen of willen leven, nog voordat er sprake is van een echtscheiding. In dit geval kunnen partners, zowel buiten als tijdens de echtscheidingsprocedure, voorlopige maatregelen aanvragen. Wat houden deze maatregelen in en wat moet je weten?
Buiten de echtscheidingsprocedure
Als de verstandhouding tussen de echtgenoten ernstig verstoord is of als een echtgenoot zijn huwelijksplichten niet nakomt, kunnen beide partijen "dringende voorlopige maatregelen" aanvragen bij de familierechtbank. Dit zijn voorlopige maatregelen met betrekking tot de persoon, het levensonderhoud en de goederen, zowel van de echtgenoten als van de kinderen. Deze maatregelen hebben een voorlopig karakter en kunnen op elk moment worden gewijzigd op verzoek van een van de partners. Het dringende karakter van de maatregelen wijst op de noodzaak om snel actie te ondernemen om het gezin niet verder te benadelen.
De familierechtbank kan partners bevelen om afzonderlijk te wonen, bepalen waar de kinderen moeten verblijven, de partners opleggen om een onderhoudsgeld te betalen voor de kinderen of een echtgenoot verplichten een alimentatie te betalen aan de andere. Zolang het huwelijk niet ontbonden is, blijft de plicht tot hulp en bijstand bestaan. Het gaat hierbij om tijdelijke maatregelen die niet definitief zijn.
Tijdens de echtscheidingsprocedure
Tijdens een echtscheidingsprocedure op grond van onherstelbare ontwrichting kan de rechter voorlopige maatregelen bevelen zonder dat er sprake is van hoogdringendheid. Deze voorlopige maatregelen blijven in principe gelden gedurende de echtscheidingsprocedure en voor de kinderen ook na de echtscheiding, totdat ze worden herzien door de jeugdrechtbank.
De familierechtbank is bevoegd om voorlopige maatregelen te nemen. Het doel van deze maatregelen is om een oplossing te bieden voor de periode van de echtscheidingsprocedure. Soms moeten er dringend maatregelen worden genomen over wie in de gezinswoning blijft zolang het huis niet is verkocht of overgenomen, bij wie de kinderen wanneer verblijven, wie instaat voor de voorlopige betaling van de leningen, wie er onderhoudsbijdragen moet betalen en andere belangrijke zaken.